Wat speelt er?
Een ondernemer die met zijn viskraam bij een winkelcentrum staat, moet volgens de vergunning iedere avond zijn viskraam weghalen. Dit doet hij al jaren niet. Hij krijgt daarom een last onder dwangsom, waarin hem wordt opgedragen zijn kraam iedere avond te verwijderen. Hier is de ondernemer het niet mee eens. Hij maakt er bezwaar tegen.
Waarop liep het vast?
De eigenaar van de viskraam geeft aan dat hij al jaren op deze plek staat en dat het feit dat hij zijn kraam niet weg haalde nooit een probleem is geweest. Bovendien kan de kraam helemaal niet iedere avond weggehaald worden omdat deze daarvoor te groot is.
(Verder komt naar boven dat de ondernemer zijn viskraam liever zou inruilen voor een fysieke zaak in het winkelcentrum. Het gaat echter slecht met het winkelcentrum.)
Hoe is het opgelost?
Tijdens een informeel overleg geeft bezwaarmaker aan dat hij zijn viskraam niet wil houden, maar een viswinkel wil in het winkelcentrum waar zijn kraam naast staat.
De gemeente geeft aan dat er een projectmanager is aangesteld om het winkelcentrum te verbeteren.
De oplossing is gevonden in het in contact brengen van bezwaarmaker met de projectmanager en het nemen van een gedoogbeslissing. Totdat het winkelcentrum klaar is en bezwaarmaker daar een winkel kan beginnen, hoeft hij de viskar niet iedere avond weg te halen. De ondernemer trekt zijn bezwaarschrift in.